vrijdag 31 augustus 2012

De Talenreis: Het Chinees

Door Sigrid Lensink-Damen

In deze aflevering van De Talenreis belicht ik de taal die op nummer één staat van de wereldranglijst meeste sprekers: het Chinees. Deze taal wordt door 1,2 miljard mensen gesproken. Toch bestaat ‘het Chinees’ als zodanig niet.

Chinese dialecten

De term ‘het Chinees’ is nogal misleidend voor een taal die uiteenvalt in 10 ‘dialecten’ die onderling net zo verschillen als het Nederlands van het Deens. Daarom worden ze ook wel de Chinese talen genoemd. De taal die iedereen gemakshalve met het Chinees aanduidt en die door 880 miljoen mensen wordt gesproken, is één van deze 10 ‘dialecten’: het Mandarijn, ook wel het standaardmandarijn genoemd. Deze taal is de officiële taal van de Volksrepubliek China en Taiwan. In Singapore is standaardmandarijn één van de officiële talen, naast het Maleis, Engels en Tamil.

De overige Chinese talen zijn het Xiang, het Gan, het Hakka (of Ke), het Wu, het Min en het Kantonees (of Yue) en verder zijn er nog het Jin, het Pinghua en het Hui. De talen zijn veelal verbonden aan een bepaalde provincie in China. Het Kantonees is een waar exportproduct: dat wordt gesproken door de Chinese diaspora in de hele wereld. Chinezen in Zuidoost-Azië spreken Hakka of het Tewchow, twee dialecten van het Kantonees.

Orakelbotten

De Chinese talen behoren tot de Sino-Tibetaanse taalfamilie en zijn al millennia oud. Er zijn schriften gevonden die van 2500 jaar geleden dateren. Nog oudere Chinese tekens zijn gevonden op zogenaamde orakelbotten.

Orakelbotten zijn schouderbladen van runderen, schapen of zelfs mensen en later van de platte delen van het schild van zoetwaterschildpadden die zieners in het vierde millennium voor Christus gebruikten om de toekomst te voorspellen. Dit werd gedaan door het schouderblad of schild met een hete pook te bewerken. Uit de barsten die daardoor ontstonden, werd een van tevoren gestelde vraag beantwoord.

In de loop van de 13e eeuw voor Christus werden er tekens op de orakelbotten gekerfd, die informatie gaven over de inhoud van de voorspelling, wie de voorspeller was en wie de vrager. Deze inscripties vormen de oudste geschreven bron van onze kennis van de Chinese geschiedenis.

Eigenschappen van het Chinees

Met de ‘eigenschappen van het Chinees’ bedoel ik in dit geval de eigenschappen van het Mandarijn. Voor de eigenschappen van de andere Chinese talen verwijs ik je door naar Wikipedia.

Het Mandarijn is een isolerende taal. Dit betekent dat de woorden niet verbogen of vervoegd worden, er geen enkel- en meervoudsvormen zijn en naamvallen niet bestaan. Om toch onderscheid te maken in verschillende situaties, of om aan te geven of iets nu plaatsvindt of in het verleden is gebeurd, gebruikt de Mandarijnsprekende Chinees hulpwoorden. Een zin als wŏ kàn nĭde shū kan betekenen: ik lees/las jouw boek(en). Uit de context moet blijken welke betekenis wordt bedoeld. Het woordje ‘le’ achter de werkwoordsvorm kàn geeft in dit geval aan dat de handeling voltooid is: ik heb jouw boek(en) gelezen (wŏ kàn-le nĭde shū).

Een zeer bekend verschijnsel in het Chinees zijn de toonhoogtes waarop een woord kan worden uitgesproken. Dit kenmerk hebben overigens alle Chinese talen, waarbij het Mandarijn de eenvoudigste versie heeft met vier verschillende toonhoogtes. Het Kantonees heeft er zes en andere Chinese talen zelfs nog meer.

De toon en intonatie van het gesproken woord zijn erg belangrijk bij een taal die verder geen vervoegingen of verbuigingen heeft; de toon geeft betekenis aan. Zo heeft ‘shi’ verschillende betekenissen als je het op verschillende toonhoogtes uitspreekt en kun je er zelfs een heel verhaal mee vertellen.

Karakters

Het ‘shi’ van hierboven wordt in elke betekenis anders geschreven; iets wat verloren zou gaan als je de Chinese karakters zou omzetten naar een latijns schrift. Alle Chinese talen worden dan ook met het Hanzi, Chinese karakters, geschreven.

De karakters kunnen onderverdeeld worden in vijf categorieën (ideogrammen, pictogrammen, samengestelde ideogrammen, fonogrammen en leenkarakters, zie voor een uitgebreide uitleg Wikipedia). De karakters vormen het teken. Eén woord kan verschillende tekens omvatten. Een Chinees moet minimaal 1500 karakters (van de ruim 12.000) uit zijn hoofd kennen om de strekking van een krant te kunnen begrijpen. Een afgestudeerde Chinees kent gemiddeld 7000 karakters. Ter vergelijking: een hoogopgeleide Nederlander kent (passief) zo’n 60.000 woorden.

De ingewikkelde vorm van de karakters maakt dat ‘slechts’ 92% van de bevolking goed kan lezen en schrijven. Voormalig dictator Mao Zedong heeft ervoor gezorgd dat de karakters werden vereenvoudigd, zodat meer mensen konden lezen en schrijven.

Chinese woorden in het Nederlands

Heeft het Nederlands Chinese leenwoorden, anders dan de menukaart van de afhaalchinees? Ja. Denk aan yin en yang, fengshui en Dalai Lama, die min of meer hun Chinese vorm hebben behouden. Maar een woord als ‘thee’ komt ook uit het Chinees.

En wat hebben ketchup en ketjap met elkaar gemeen? Beide woorden stammen af van het Chinese ‘koe tsiap’ (vissaus), een variant van het Chinees dat op Amoy werd gesproken. Ketchup is (veranderd in tomatensaus) volgens de taalregels van het Engels de verbastering van ‘koe tsiap’ en is recent door een bekende sausfabrikant in onze taal gekomen. Ketjap (veranderd in sojasaus) kwam via Maleisië met de VOC mee naar Nederland.
En wat is dan vissaus? ‘Yu lu’. Nu weet je weer wat je op tafel hebt staan.

De Talenreis verblijft nog even in het Verre Oosten. De volgende keer gaan we naar Japan.

Bronnen:

De Grote Taalatlas
Het Chinees volgens Kennislink
Het orakelbot
De Chinese talen volgens Wikipedia
Over vissaus
Chinese leenwoorden in het Nederlands
Meer woorden maken de tekst beknopter - NRC

Geen opmerkingen: